Het klinkt afgezaagd maar april doet wat hij wil, ook in Zuid-Frankrijk.
April begint warm met dagen tussen de 22 en 27 graden. De knoppen barsten open, en van dag tot dag zie ik blaadjes verschijnen en twijgjes groeien. Piepkleine trosjes komen tevoorschijn.
En dan, na de zoveelste warme dag, zien we vroeg in de ochtend de berg “Canigou”, één van de hoge besneeuwde toppen van de Pyreneeën, scherp afgetekend staan tegen de stralend blauwe lucht. Ik bewonder het ansichtkaart tafereel.
Mijn partner daarentegen, wordt er verre van vrolijk van.
“’t Is me te koud, wanneer de Canigou zo goed te zien in de ochtend, is het een heldere nacht geweest. Met de noordenwind kon de temperatuur wel eens onder nul zijn geraakt”
“Onder nul? En gisteren was het nog 24 graden!”
“Ik ben er niet gerust op”.
We werken die dag in een stralend groen veld.
Een collega met meer dan 100 hectare is aardig overrompeld door de erg vroege groei.
Een bestelbus vol “stukloners” parkeert zich vlakbij ons, in één van zijn ongesnoeide velden.
Drie uur later staan de wijnstokken gehavend bij te komen van de zware ingreep. Twijgen volop in blad liggen tussen de rijen. Een triest gezicht. Uit de afgesnoeide twijgen vallen druppen sap op de grond. De wijnstok huilt.
Een tweede bestelbus brengt versterking: er is een enorm veld jonge aanplant, dat eveneens nog niet gesnoeid is. Eén van hen stapt op Jean-Pierre af. Ze zouden in een andere veld met jonge aanplant aan de gang gaan, maar dat was zinloos: vier hectare voor honderd procent bevroren!
De schrik slaat ons om het hart.
In de oude Lada wordt terstond een rondgang gemaakt langs de velden. In vier velden ontdekken we hier en daar wat vorstschade. Goed, wat minder oogst, maar het had veel erger kunnen zijn.
Maar de nacht erop is er wèèr vorst. En ditmaal ietsje meer. Eén Grenache veld, dat de dag tevoren nog in haar lichtgroene bladerpracht stond te pronken, is behoorlijk gehavend: zeker de helft van de oogst weg. Bladeren hangen er slapjes bij. Een halve dag later is het groen veranderd in dor bruin.
In ander velden zijn her en der ook toeven bruin te zien. Wanneer ik een dag later naar Narbonne rijd, zie ik onderweg pas goed hoe omvangrijk de schade is. Velden met grote delen dor bruin blad.
Overal waar je boeren tegen komt, staan de gezichten zorgelijk. De droogte van vorig jaar heeft ervoor gezorgd, dat de oogst waarschijnlijk kleiner uitpakt dan andere jaren. De plant heeft niet genoeg reserves kunnen opbouwen. En daar komt nu dus de schade door de vorst bij.
In een tijd dat boeren zich grote zorgen maken over dalende prijzen (ik schreef in maart over de effecten van de invoer van de spaanse wijn) kan deze ellende niet op een slechter moment komen.
Een goeie week later, in de nacht van 30 april, zakt de temperatuur opnieuw onder nul. Nog meer schade. De halve oogst van het Grenache veld is hooguit nog 20 procent. Met meer schade in andere velden. Het kon wel eens 15 procent minder oogst worden dit jaar.
Heel wat boeren staan er een stuk beroerder voor dan wij. Want zelfs al is een veld voor 100 procent bevroren geweest, dan moet je wel het hele jaar door hetzelfde werk verrichten als in een veld waar je trossen in hebt. Om ziektes te voorkomen en het veld te helpen op krachten te komen voor de oogst voor het volgend jaar. Net zoveel werk dus, en geen cent opbrengst.
Een veel kleinere opbrengst, dezelfde productiekosten en zakkende prijzen. Het belooft een zwaar jaar te worden.
Karen Haanstra is wijnbouwer in Fontjoncouse, Corbières in Zuid-Frankrijk. Daarnaast verhuurt zij op haar wijndomein een tweetal vakantiewoningen.
Onder de naam “Fontaine des Joncs” produceert zij wijnen van o.a. de Syrah, Carignan en de Chardonnay-druif. De wijnen van Fontaine des Joncs zijn in beginsel alleen in Frankrijk verkrijgbaar, echter op de site van Fontaine des Joncs kunt u HIER informeren naar de verkrijgbaarheid van de wijnen in Nederland.