Fiano, terug van weggeweest

De Italiaanse oerdruif Fiano staat weer volop in de belangstelling. En terecht, want er worden zeer mooie wijnen van gemaakt.

Fiano is een oud inheems druivenras wat voorkomt in Zuid-Italië. Het verspreidingsgebied van de Fiano is de regio Campanië (DOCG: Fiano di Avellino), Puglia, Basilicata en op het eiland Sicilië. Waarschijnlijk ligt de herkomst van de druif in de gemeente Lapio (provincie Avellino, regio Campanië).
De druiven zijn klein, laat rijpend en hebben een dikke schil. De stokken hebben een geringe opbrengst/rendement, wat ook de reden is geweest dat in de 19e en 20e eeuw de aanplant zeer aanzienlijk is teruggelopen. Eigenlijk was de druif bijna van de aardbodem verdwenen. Echter, de laatste decennia is er sprake van een spectaculaire comeback. Die comeback is in de tweede helft van de vorige eeuw ingezet door de bekende producent Mastroberardino uit Campanië. En met succes, want de druif is helemaal terug van weggeweest.     

Op kalkrijke, vulkanische bodems geeft de Fiano het beste resultaat. De druif geeft vaak wijnen die de reputatie hebben om goed kunnen rijpen. De zuurgraad in de Fiano-wijnen is vrij laag en vaak hebben deze wijnen rijke fruitaroma’s van perzik en peer en geven ze een wat vettig mondgevoel met smaken van honing en noten.
Fiano kan wijnen geven in verschillende stijlen: van lichtvoetig tot vol en rijk en van droog tot zoet.  Ik zie de druif vaak in mono-cépage wijnen. Exemplaren met houtopvoeding ben ik tot op heden niet tegengekomen.  

Buiten Italië wordt de Fiano ook in Californië, Argentinië en Australië aangeplant.  

Synoniemen: Santa Sofia, Fiore Mendillo en Fiano Minutolo in Puglia. Deze laatste is eigenlijk geen synoniem maar een apart ras.  

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *